maandag, juli 31, 2006
maandag, juli 17, 2006
zondag, juli 16, 2006
vrijdag, juli 07, 2006
Nyam Dunde
Nyam Dunde betekent 'voedsel' in het Wolof, een belangrijke taal in Senegal. Elk jaar focussen we op een thema en een regio. Dit jaar is dat strijd voor voedsel in de Sahel. Vandaar: Nyam Dunde!
Tegen 2015 willen de wereldleiders de honger en armoede in de wereld halveren. Wij willen méér. Niet de helft maar alle honger moet uitgeroeid worden.
Wereldkamp Nyam Dunde. 10-15 juli 2006 - Hoge Rielen, Lichtaart, België ... en ook een beetje de rest van de planeet.
dinsdag, juli 04, 2006
Come in, Go FAIR!
130 jonge Duitse en Oostenrijkse wereldwinkeliers en sympathisanten verzamelden van 30 juni tot 2 juli in Weissenbach am Attersee voor een tweede jongerenkamp rond eerlijke handel en globalisering in een schitterende omgeving. Ook 6 leden van het jongerenteam waren present. Zij gaven een workshop over hoe we in Vlaanderen met jongeren werken en namen deel aan een workshop rond de WTO en landbouw. Verder legden ze veel interessante contacten met deelnemende jongeren en met gasten uit Latijns Amerika en Azië. De Oxfam Fairtrade-producten die ze lieten proeven, werden op gejuich ontvangen. Voor de chocomelk is duidelijk een markt in Duitsland en Oostenrijk. Bij een volgende gelegenheid wordt de koffer zeker ook volgeladen met ons bier. Als resultaat van deze deelname zal Prikkel volgend jaar waarschijnlijk ook een beetje internationaal kleuren met enkele Duitse en Oostenrijkse deelnemers.
Na wat discussie over het juiste transportmiddel, de juiste vertrekplaats, het juiste vertrekuur en de juiste route vertrokken we vrijdagmorgen 30 juni om 6u30 met de wagen naar Weissenbach am Attersee (in der Gegend von Salzburg). Het vliegtuig was als optie weggestreept, maar ter compensatie van de uitlaatgassen van onze twee wagens, willen we ook nog iets doen (een Prikkelbos planten of zo ;-). De heenreis verliep vrij vlot, tot we in de buurt van Nürnberg met 20 km STAU te doen kregen. De rit duurde uiteindelijk 12 uur en een beetje, zodat we om 19u langs de oever van de Attersee naar het Europacamp reden. Wagen 2 arriveerde slechts een tiental minuutjes later dan wagen 1, wat illustreert dat we goed op elkaar ingespeeld zijn. Het kampterrein zag er met de klassieke iglotentjes, typische houten bunglalootjes en enkele kleurrijke gebouwtjes gezellig uit en de kampgangers die we tegenkwamen, waarvan enkelen al aan het avondeten waren, zagen er minstens even vrolijk uit. Ons Duits en het Engels van de kampbegeleiders werder op elkaar afgestemd om te weten te komen wat we van elkaar verwachtten. Jongens en meisjes kregen een afzonderlijke houten bungalootje toegewezen, waar ook al enkele Duitsers en Oostenrijkers waren. We kregen eetbonnetjes, verschillend in kleur voor vleeseters en vegetariërs. Maar de kampmaaltijden waren het eerste en misschien wel het enige wat tegenvielen. Elke warme maaltijd leek op elkaar: een soort aardappeldeeg waarvan enkel de vorm en de saus lichtjes verschilde. De ingrediënten waren alvast geen fair trade, omdat de organisatie zich tevreden moest stellen met de catering die de kampplaats zelf ter beschikking stelde. Dat doen wij met onze Prikkelkookploeg toch merkelijk beter !
Na het avondeten volgde een eerste kennismaking. De ruimte van het kampterrein werd daarvoor optimaal benut, want de deelnemers moesten uitbeelden waar ze vandaan kwamen. Als Salzburg en Passau op schaal al tien meter uit elkaar lagen, dan kan je je wel inbeelden dat wij Belgen met onze voeten in de Attersee stonden. Vervolgens werd ook de leeftijd van de kampdeelnemers visueel voorgesteld. De jongsten gingen vooraan staan en de oudsten achteraan. Op een rij van 130 deelnemers is dat wel eens indrukwekkend om te zien. De jongsten waren dertien jaar en de oudsten durfden niet goed zeggen dat ze vooraan in de dertig waren. Alles wat zich daartussen bevindt, was goed vertegenwoordigd. Dan werd het programma van het weekend voorgesteld. Een aantal begeleiders van de werkwinkels waren nog niet aangekomen, maar Nathalie en Ben hebben onze werkwinkel uitstekend voorgesteld.
Het toneel van Preda viel weg om organisatorische redenen. Het werd vervangen door een luchtig improvisatietheater waarin verschillende interpretaties van eerlijke handel werden gegeven, maar waar ook gewoon heel veel visuele en auditieve humor in voorkwam. Filip verstond echter het Oostenrijks dialect niet en vroeg de deelnemers om 'loud en clear' te spreken. Op deze manier werd onze creativiteit alvast geprikkeld. 's Avonds werden de eerste flessen Belgische Worldshake en Oostenrijks Mangosap bovengehaald en werd er in allerlei talen lekker gekeuveld.
's Morgens waren enkele moedigen al vroeg op voor een ochtendwandeling langs de oevers van het meer. Daarna een lekkere douche en een ontbijt dat tegen onze verwachtingen in (na het avondeten van de dag ervoor) de naam waardig was. Wat we daarna geserveerd kregen was ook stevig: een uiteenzetting door Carol Willis over de WTO. Ze gaf een vrij algemene introductie, wat zinvol was gezien de verschillende leeftijden van de deelnemers. Maar het maakte dat sommige oudere deelnemers wat op hun honger bleven zitten. In de vragenronde kwamen fenomenen zoals de 'Rainforest Alliance' ter sprake. Moeten we het positief vinden dat grote bedrijven eindelijk aandacht krijgen voor onze eisen? Of moeten we integendeel heel voorzichtig zijn dat de oorspong en het uiteindelijke doel van Fair Trade zo goed mogelijk wordt bewaard. Misschien zijn beide stellingen waar. Er is op het vlak van de internationale handel heel wat aan het bewegen en het is af en toe koffiedik kijken welke kant het uitgaat. Maar het mag duidelijk zijn dat ook deze Duitse en Oostenrijkse vrijwilligers voorstanders zijn van zuivere Eerlijke Handel en duidelijke politieke stellingname. We have to be 'loud and clear'!
Deel één van de werkwinkels begon met een beetje vertraging, maar de meeste werkwinkelbegeleiders waren er klaar voor. Er waren meer praktische en meer inhoudelijke werkwinkels. Uiteindelijk zagen de organisatoren in dat een ganse dag eenzelfde werkwinkel volgen misschien wat veel is voor de meeste deelnemers. Daarom was het mogelijk om het deel voormiddag en namiddag afzonderlijke werkwinkels te volgen. Ook voor onze Vlaamse werkwinkel boden we uiteindelijk die mogelijkheid.
Ik volgde voormiddag de werkwinkel over Preda, een Filipijnse organisatie die kinderen opvangt en hen weerbaar maakt. Die kinderen zijn het slachtoffer van kinderprostitutie en andere vormen van uitbuiting. Anderen, vooral jongens, komen in de gevangenis terecht omdat ze op straat rondhangen, lijm snuiven of kleine diefstallen begaan om aan eten te geraken. Preda bemiddelt voor hen. Wanneer ze in het tehuis van Preda opgevangen worden, begint het pijnlijke proces van het verwerken van het trauma. In een kamer die volledig bekleed is met matrassen krijgen ze een schreeuwtherapie. Dat betekent dat ze al hun gevoelens mogen uiten. Een begeleider staat hen bij en probeert langzaam maar zeker een vertrouwensband op te bouwen, wat zeker niet gemakkelijk is, aangezien de kinderen jarenlang niemand konden vertrouwen. De kinderen zijn er mentaal heel erg aan toe. Soms zijn hun normen zo erg vervaagd dat ze liever zo snel mogelijk weer geld willen verdienen en het maakt hen niet uit op welke manier ze dat doen. De begeleiders van Preda proberen hen te overtuigen dat hun toekomst belangrijker is dan het geld dat ze zouden verdienen in de illegale praktijken.
Om de kinderen toch een alternatief te bieden, waarmee ze een beetje geld kunnen verdienen, heeft Preda ook een aantal projecten van Fair Trade. De voornaamste projecten zijn teelt en verwerking van mango's in allerlei producten en het recycleren van tetra-brikken tot gebruiksvoorwerpen. Voorbeelden hiervan kan je terugvinden op de website van www.preda.org
Namiddag sloot ik aan bij de werkwinkel over 'landbouw en de WTO'. Deze werkwinkel was vooral een aanzet om landbouw en voedselzekerheid in een groter kader te zien. Vaststellingen die wij bij Oxfam Wereldwinkels, bij Vredeseilanden en andere organisaties zoals VELT en Wervel ook zien, kwamen hier ook aan bod bij deze spreker van Attac Oostenrijk www.attac.at Het Europese landbouwbeleid werd zeer uitgebreid uit de doeken gedaan. De werkwinkel toonde een aantal belangrijke tendenzen die mij zeker motiveren om me blijvend en diepgaander te informeren. Twee belangrijke besluiten neem ik voor mezelf mee. Ik vermoed dat Filip en Pieter-Jan nog wel een uitgebreider verslag zullen maken.
Het eerste besluit is dat de tegenstelling tussen noord en zuid minder uitdrukkelijk is dan de tegenstelling tussen machtige multinationale conglomeraten en kleine lokale landbouwers. Deze tegenstelling is zowel in het noorden als in het zuiden prominent aanwezig. Dat wordt heel duidelijk wanneer je kijkt waar de Europese landbouwsubsidies naartoe gaan: niet naar de eigenlijke landbouwers, maar naar de grote bedrijven die suiker, melkpoeder, diepvrieskippen, enz. exporteren. Dumping is een van de grootste problemen en dat terwijl tweederde van de wereldbevolking niet in staat is zich op een treffelijke wijze dagelijks te voeden.
Het tweede besluit is dat er een kans bestaat dat ontwikkelingslanden de besluitvorming in de WTO-onderhandelingen kunnen beïnvloeden of op z'n minst afremmen wanneer ze allemaal samen aan dezelfde koord trekken. Deze kans wordt echter ondermijnd door bilaterale afspraken die de rijke industrielanden proberen af te sluiten met individuele ontwikkelingslanden. Daarbij is het duidelijk dat deze afspraken allerminst democratisch tot stand komen (eerder onder dwang), dat de bevolking zowel in het zuiden als in het noorden hier onvoldoende over geïnformeerd wordt of erger nog, dat er onder het mom van ontwikkeling en investering soms afspraken gemaakt worden die compleet het tegengestelde veroorzaken. Zo worden onderwijs en gezondheidszorg in sommige ontwikkelingslanden afgebouwd omdat het ontwikkelingsland volgens het akkoord moet investeren in exportgewassen.
Zeer boeiende thema's allemaal. Iemand merkte op dat het wel vreemd was om na deze lange werkwinkel op je bord een substantie te vinden waarvan de afkomst en de smaak nogal te betwijfelen vielen. Maar de organisatoren hadden toch een zijpoortje gevonden. Eén van andere werkwinkels was immers een Afrikaanse kookwerkwinkel en de deelnemers daarvan hadden hun uiterste best gedaan om voor alle kampdeelnemers een smakelijke maaltijd met dessert klaar te maken met fair trade ingrediënten. We mochten met onze handen eten, op z'n Afrikaans. Eindelijk werd er gesmuld op dit kamp.
Van de mango-party onthoud ik vooral de originele stokkendans, de vele djembees die nogal eentonige ritmes produceerden en de lekkere mango-cocktails. www.dwp-rv.de Onze worldshake en verdraaide repen stonden er ook. www.oft.be
's Anderendaags was er nog een panelgesprek met een fractieleider van de Oostenrijkse groenen, een Ecuatoriaanse vrouw die o.a. actief was in het Centraal-Amerikaanse parlement (vergelijkbaar met ons Europees parlement) en een landbouwer uit de Dominicaanse republiek.
Bij het afscheid werden zoenen en knuffels, emailadressen en gelukwensen uitgedeeld.
Op de terugweg maakten we nog een korte tussenstop in Passau, waar we door een Duitse familie, kennissen van Pieter-Jan die twee jaar in Passau heeft gewoond, verwend werden met een heerlijke aardbeientaart die oma gebakken had. De vader des huizes was lid van de gemeenteraad en was fier om ons te tonen dat ze als punt zes op de vorige gemeenteraad besloten hadden om met de gemeente meer eerlijke handel aan te kopen.
Hoewel het warmer was dan vrijdag, was er minder file en dus verliep de terugreis naar België vlot. Voor middernacht was ik thuis, maar ik woon dan ook in Belgisch-Limburg en voor deze ene keer was dat een voordeel.
Abonneren op:
Posts (Atom)